Al sinds de middeleeuwen verbouwen we appels en peren in Nederland. Maar wist je dat ze oorspronkelijk niet hier vandaan komen? De voorouders stammen uit Zuid-Oost Europa en Azië. Maar de rassen die wij zelf telen, zoals Elstar, Goudreinette of Conference, worden beschouwd als ‘Oer-Hollands’ en zijn diepgeworteld in onze eetcultuur.
Vers, uit de hand. Zo worden appels en peren het vaakst gegeten. Maar deze vruchten zijn natuurlijk veelzijdiger dan dat. De natuurlijke zoetheid leent zich uitstekend voor cake, taarten, jam, compotes, chutney en desserts. Bovendien dienen ze heerlijk als fruitige tegenhangers van bittere of zoute smaken in hartige gerechten zoals stamppotten, salades en stoofschotels. In het najaar genieten we van zoete appels met een stevige bite, zoals de Kanzi, Jazz en Tessa. Als tegenhanger biedt de natuur sappige en zachte peren zoals de Migo, Conference en Doyenné du Comice. Mooi meegenomen: appels en peren zijn super gezond. Ze zitten vol vezels, vitamine C én antioxidanten die je lichaam een boost geven. En dat kan iedereen tijdens het najaar wel gebruiken.